Dag 2
Lekker uitgerust ben ik ’s ochtends om 8 uur opgestaan en ben begonnen met een heerlijk ontbijt en een goede kop koffie. Terwijl ik dat rustig aan het nuttigen was, verschenen er verschillende vogels op de birdfeeder die je vanuit de gemeenschappelijke ruimte in Varangertunet kunt zien. Ik kon het niet laten en heb snel m’n spullen gepakt en ben tijdens het ontbijten begonnen de eerste vogels vast te leggen. Een prachtig koppeltje Goudvinken verscheen op de feeder, maar ook 1 van mijn favorieten: Barmsijsjes. Verder zaten er ook Huismussen, een Koolmees, Groenlingen, Kepen (in heel fraaie kleuren) en, tot m’n verbazing Ringmussen. Ik heb zo’n uur de tijd genomen al dit fraais vast te leggen, en m’n ontbijten te nuttigen, en heb toen alles gepakt om op pad te gaan.
Ik had bedacht vandaag naar Komagvær te gaan. Ik had heel goede herinneringen aan mijn vorige bezoeken aan dit gebied en wilde graag gaan kijken of de “Komagdalen fuglesti” ofwel vogeltrail, misschien ook weer begaanbaar was. Iets na 10en zat ik dan ook in m’n T-Cross op weg richting het oosten. Tot iets voorbij Vadsø ging het voorspoedig, maar bij Kiby moest ik toch weer even halthouden. Als er een Zeearend mooi aan de kustlijn zit, kun je niet anders dan proberen dit vast te leggen en zo had ik mijn eerste plaatje van vandaag in de werkelijke buitenlucht (ikzelf, de vogels zaten er natuurlijk wel in…). Na de Zeearend ben ik verder gereden naar Ekkerøy. Ik had eigenlijk het idee om de Drieteenmeeuwen-klif weer op te gaan, maar maakte de eerste stop bij de Biotope-hide. In eerste instantie zag ik niet veel, zoals wel vaker als ik daar stopte, maar toen ik met de verrekijker de vloedlijn afzocht, bleek er heel veel te zitten. Tussen het Kelp scharrelden verschillende soorten rond waaronder zelfs een Witte Kwikstaart. Maar ook zag ik een Paarse Strandloper, Rosse Grutto en een koppeltje Bontbekplevieren. En terwijl ik bezig was deze soorten te fotograferen, zag ik een heel clubje Drieteenstrandlopers! Dit vind ik één van de leukste Strandlopertjes en de kleuren die ze in het voorjaar hebben, vind echt heel mooi, niet in de laatste plaats omdat ze zo verschillen met hoe ze hier in de winter eruit zien (ook mooi, maar toch…). Op een bepaald moment viel m’n oog op een vogeltje wat er ook rondscharrelde, maar wat ik niet 1-2-3 kon thuisbrengen. Regelmatig was hij ook niet goed te zien omdat hij half schuil ging achter en tussen het Kelp en z’n kleuren bleken ook een goede camouflage. Het lukte me maar niet om hem goed te zien en zeker niet om hem op naam te brengen. Na het een tijd geprobeerd te hebben, besloot ik het aan een vogelaar te vragen die niet ver van me vandaan met een telescoop het Kelp aan het afspeuren was. Het bleek een Italiaan te zijn die ook een aantal dagen op Varanger aan het rondreizen was om proberen zoveel mogelijk moois te zien. Hij kreeg m’n mistory-bird in beeld en dacht toch met een Paarse Strandloper te maken te hebben. Ik mocht even door de telescoop kijken en was het inderdaad met hem eens. Misschien dat hij in een tussenfase zat wat verenkleed betreft en dat ik hem daarom niet meteen herkende. Hoe het ook zij, ik wist wat het was en raakte nog even aan de praat met m’n Italiaanse collega. Hij vertelde met name opzoek te zijn naar de Wistuitbarmsijs. Hier kon ik hem dan wat meer over vertellen. Bij de birdfeeder van het hostel komt ook regelmatig deze Witstuit. Ik stelde hem voor dat ik aan Siren (de eigenaresse) zou vragen of het oké zou zijn als hij langs zou komen om te zien of hij het Sijsje kon vinden. Hij wilde dit graag en daarop heb ik Siren een sms’je gestuurd. Ze vond het prima en de collega zou kijken wanneer hij daar heen zou gaan. Daarna zijn we vertrokken en ben ik weer verder naar het oosten gereden.
Vanuit de auto zit ik altijd volop te turen en te luisteren in de hoop iets moois te zien of te horen. Zo hoorde ik ineens de melancholische zang van de Koperwiek. Er was een mogelijkheid was om te stoppen, wat zeker niet altijd het geval is hier op Varanger, dus deed ik dit meteen en kon deze fraaie Turdus al zingend vastleggen. Toen ik even de andere kant opkeek, zag ik in een watertje van alles rondzwemmen. Het bleken Kuifeenden te zijn en een koppeltje Smienten. Ook zwom er een Grauwe Franjepoot in zomerkleed waarmee maar weer duidelijk was dat ik in het hoge noorden was! Nadat bleek dat er geen andere soorten rondzwommen, ben ik verder gereden en bedacht ik dat ik eerst nog wel een stop in Skallelv kon maken. Vorig jaar was dit een jammerlijke ervaring geworden en ik wilde toch nog een keer proberen of er niet meer te halen zou zijn.
De “weg” het gebied in was zeer slecht. M’n auto schudde aan alle kanten en naarmate ik verder kwam, vroeg ik me af of het wel een verstandige keuze was geweest deze afslag te nemen. Na iets meer dan 2km, meer dan een kwartier rijden, zag ik ineens een Moerassneeuwhoen op een soort van eilandje staan. Dit was eigenlijk de soort waarvoor ik hier gekomen was: mijn gastheer en -vrouw hebben een huisje in dit gebied (zie het verhaal in bovenstaande link) en zij hebben regelmatig verteld over de grote hoeveelheden Sneeuwhoenders die hier zouden moeten zitten. Ik had er dus nog nooit 1 gezien… En daar stond hij ineens! Vanuit de auto had ik een prima zicht op hem en ik heb heel leuke foto’s kunnen maken. Wat het helemaal bijzonder maakte was dat er een vrouwtje met hem mee scharrelde. Toen ik dacht dat ik voldoende plaatjes van dit koppeltje had, ben ik verder gereden, maar kwam niet heel ver. Weer werd ik opgehouden door een Moerassneeuwhoen, maar nu op maar een paar meter afstand! Hij leek zich niets van me aan te trekken en liep rustig rond m’n auto. Even rustig stak hij de weg over en kon ik hem ook nog tussen de rotsen vastleggen. Ik was helemaal om: er zijn Moerassneeuwhoeders in Skallelv. Omdat de weg niet heel best was, ben ik maar niet heel veel verder gereden en waar er gelegenheid was, ben ik omgedraaid. Op de terugweg stond er nog een heel mooie Regenwulp bovenop een rots en hoorde én zag ik een Blauwborst op een paaltje bij het begin van de weg en een Fitis in een struik. Daarmee was ik wel klaar in Skallelv. Tenminste dat dacht ik. De toegang tot het gebied met de zomerhuisjes ligt een stukje voor het plaatsje Skallelv. Toen ik het dorpje naderde zag het er prachtig uit met een weerspiegeling van de huizen in de monding van de rivier. Ik moest daar gewoon nog een foto van maken waarna ik dan eindelijk door kon naar Komagvær.
Ook de “weg” Komagdalen in was van een niet al te beste kwaliteit. Maar de keren dat ik er geweest was, was het elke keer de moeite waard, dus zette ik stug door en hotste en klotste steeds verder het gebied in. Mijn eerste “sighting” hier was een Kleinste Jager, wel een beetje op afstand, maar een soort die ik heel mooi vind en zo bij deze streek vind passen dat ik er graag voor stopte (om ook maar even van het geschud af te zijn…). Daarna ben verder gereden en ben ik gestopt vanwaar je uitzicht hebt over een plasje. Hier ligt ook een eerste vakantiewoning en de vorige keer heb ik hier een Roodkeelduiker gezien. Dat was deze keer net zo, ik zag 2 Roodkeelduikers! Het zal een koppeltje geweest zijn dat bezig was een plek om het voorjaar door te brengen te claimen. Ik heb geprobeerd ze zo voorzichtig mogelijk te benaderen, me half verschuilend achter het zomerhuisje, maar het blijkt dat vogels niet gek zijn, ze zwommen heel rustig wat verder van me weg. Ik heb er toch wat leuke plaatjes kunnen maken, ook nog van een Noordse Stern, waarna ik weer teruggeslopen ben en van een afstand nog van ze heb staan genieten. Wat onverwacht kwam er een busje aanrijden wat niet ver van me vandaan stopte en er stapten een hele groep “vogelaars” uit. Ik zet vogelaars tussen haakjes, omdat al snel bleek dat ze het niet zo nauw namen met de rust voor de vogels. Een aantal liep ongegeneerd richting de plas waarbij 1 tot vrijwel aan de rand kwam. De Roodkeelduikers konden niet anders dan vluchten en vlogen weg. Ik heb nog een foto gemaakt van 1 van hen die voorbij vloog, maar had deze foto liever niet gemaakt…
Ik ben weer verder gegaan en kwam niets meer tegen en ben pas gestopt bij het parkeerplaatsje waar de “Kemphaan-fotografie-brigade” zich ophoudt. Er stonden 2 campers en wat schuiltentjes en ik zag enkele Kemphanen een beetje rondscharrelen. Ik raakte aan de praat met een Oostenrijkse vogelaar die inderdaad speciaal voor de Kemphanen hierheen gereden was. Met wat vertwijfeling zag hij toe hoe een andere fotograaf tot heel dicht bij de vogels sloop en aan het fotograferen ging. Hij legde uit dat op deze manier de vogels nooit zouden gaan “kempen” omdat de vrouwtjes niet durven komen als ze zich niet veilig voelen. Dus door zo te doen, krijg je juist niet de beelden waarop je misschien zou hopen. Ik vertelde hem dat het mij niet per se om de Kemphanen te doen is, maar eigenlijk om alles eromheen. Dus toen ik een Wilde Zwaan in het oog kreeg, heb ik die snel op de foto gezet. De Oostenrijker ging slapen want hij was een groot deel van de nacht en vroege ochtend bezig geweest met de Kemphanen. Het is tenslotte de hele nacht licht… Ik heb daarna m’n camera op een Koperwiek gericht en kreeg een vrij-zittende, zingende Koperwiek in beeld. Dat is ook niet veel vaker gelukt. Toen er ook nog een Blauwborstje heel mooi voor ging zitten en ik de Kemphanen toch nog even vastgelegd had, ben ik doorgereden naar de grote parkeerplaats aan het begin van het Varangerhalvøya nasjonalpark. Ik heb m’n spullen weer op de nek gehesen om een stuk te kunnen gaan lopen, misschien wel de Komagdalen fuglesti (vogelpad) een stuk af. Maar dan moest er wel weer een brug liggen…
Op het pad naar de schuilhut van Biotope en het begin van de Birdtrail, hoorde ik het op Varanger zo kenmerkende geluid van de Hemelgeit. Het is even de lucht afzoeken, maar ik vond het Snipje toch nog vrij snel in zijn kenmerkende duikvlucht. Ook hoorde ik een uit volle (blauw)borst zingende Blauwborst. In 2019 hoorde ik op precies dezelfde plek een Blauwborst zingen, maar kreeg deze toen niet in beeld. Deze keer zat het mee en kon ik hem prachtig vastleggen. Verschillende keren maakte hij een baltsvlucht en ook daarvan heb ik wat plaatjes kunnen maken. Toen ik uiteindelijk bij de shelter aangekomen was, bleek er weer een soort bruggetje neergelegd te zijn! Ook lag er veel minder sneeuw en zag het er dus naar uit dat ik de Birdtrail zou kunnen gaan lopen. Het was ondertussen al wel bijna half 6 dus ik twijfelde of ik het wel moest doen. Ik ben de “brug” overgestoken en ben er toch aan begonnen. Ik zou wel zien hoe het zou gaan en ik kon nog altijd op een later moment terugkomen.
Het pad was perfect te belopen en ik had er een redelijk stuk van gedaan toen ik toch maar bedacht dat het veel zou worden het hele pad af te gaan. Het is 4,5km heen en weer (9 totaal dus) en ik moest ook nog terug naar de “grote weg” over het pad en dan naar huis… De keuze om terug te gaan was ook niet zo moeilijk te maken, aangezien ik de enige leek te zijn die wist dat het een “Birdtrail” was: de vogels wisten het blijkbaar niet. Op een natuurlijk altijd prachtige IJsgors na, zag ik geen vogels, alleen 2 Rendieren in de verte. Ik was ook best blij toen ik weer bij de auto was, want de apparatuur op m’n nek begon wat te wegen. Vanuit de auto ving ik nog een Tapuit en bij het Kemphaanparkeerplaatsje wist ik nog een Fitis vast te leggen (wat een stoere vogeltjes zijn dat toch…) en daarmee was het klaar in Komagvær.
Op de terugweg zag ik nog 2 Zeearenden bij Krampenes die zelfs bleven zitten toen ik voor ze stopte en zo kreeg ik de mogelijkheid te eindigen waar ik de dag ook mee begonnen was.
Tegen 9uur was ik weer terug in Varangertunet en heb snel wat gegeten, de dag was namelijk nog niet helemaal voorbij. De eigenaren hadden verteld dat de Houtsnip die ik vorig jaar op de laatste dag nog had weten vast te leggen, ook nu weer elke avond te zien en horen was. En ja… zo’n kans mag je gewoonweg niet voorbij laten gaan. Voor de laatste keer die dag heb ik alles opgepakt en ben ik buiten gaan staan. En binnen het half uur was het raak: ik hoorde het typerende geluid van de Snip en was snel genoeg om hem in het voorbijgaan te pakken. Wat een einde van een heerlijke dag! Als de volgende dagen ook zo gaan zijn, ga ik een perfecte week tegemoet!