Dag 5
Ik had weer een mooi plan voor vandaag: Ik wilde heel graag weer naar Hamningberg, met name omdat het zo’n mooie route is, maar omdat ik dan ook langs Skallelv kom, wilde ik daar eerst heengaan en zien of ik nog wat moois zou kunnen vastleggen. Aangezien het een heel eind is naar Hamningberg en ik een tussenstop wilde maken, zat ik iets over 8en al in de auto op weg naar het oosten. Het beloofde weer een prachtige dag te worden, de lucht was strakblauw en ik schoot lekker op. Iets over 9en was ik bij Skallelv en draaide af naar het noorden, een weggetje door het gebied met de vakantiehuizen in.
Het was niet heel druk met vogels, maar als het lukt een Koperwiek en Tapuit vast te leggen, is de de-tour eigenlijk al geslaagd. Even verderop zat een Regenwulp op een typerend stukje van Skallelv op een rotsige richel met een besneeuwde achtergrond. Voor een IJsgors kreeg ik ook al een beeld wat helemaal bij het Noorden hoort. Hij wilde niet dichterbij komen, maar als op de achtergrond 2 Rendieren staan, hoeft dat ook zeker niet. Verder bleef het opvallend rustig, dus reed ik rustig verder.
De vorige keer dat ik hier was, had ik eigenlijk helemaal niets gezien én was ik een verkeerd pad ingereden en dat wilde ik nu graag anders doen. Maar tja, je bent in het hoge Noorden of niet. Er lag nog behoorlijk veel sneeuw en het pad wat ik deze keer wilde nemen, bij een splitsing in de weg naar rechts, bleek iets verderop volledig dicht te zitten. Daarop besloot ik de linker tak maar in te rijden, dezelfde als ik de vorige keer gedaan had, maar ook deze bleek al vrij snel dicht te zitten. Ik kon niet anders dan in de achteruit het pad weer afrijden en draaide bij de splitsing. Op het punt waarvan ik dacht dat de wegen samenkwamen, draaide ik naar links en ineens: zat ik vast! Ik was een minuscuul richeltje met mijn achterwielen opgereden en die waren aan de achterkant ervan losgekomen en stond ik dus met mijn bodemplaat vast op eerder genoemde richeltje. Ik kon geen kant op! Iets bezorgd ben ik uitgestapt en heb eens gekeken hoe ik hier uit zou kunnen komen. Het is tot nu toe bij elk bezoek aan Varanger gelukt om vast te komen zitten en ook elke keer vrij snel gelukt om weer los te komen, meestal (altijd?) met de hulp van vriendelijke Noren. Maar die waren hier niet, er waren helemaal geen mensen… Ik ben daarom gaan proberen zelf de auto los te krijgen door stenen onder de wielen te leggen om daarmee meer grip te krijgen, maar elke poging faalde jammerlijk. En toen had ik nog maar 1 mogelijkheid…: Schoorvoetend heb ik Siren gebeld en de situatie uitgelegd. Gelukkig vonden ze het geen enkel probleem om te komen helpen; het zou meteen een goede gelegenheid zijn om te gaan kijken hoe hun huisje de winter had doorstaan. Ze zouden zo snel mogelijk komen, maar ik moest er rekening mee houden dat het minstens een uur zou kunnen duren. Natuurlijk was ik bereid te wachten en dus ben ik in het zonnetje gaan zitten en heb gewacht. Ze waren inderdaad na zo’n uur bij me en hebben we met vereende krachten (Siren in de auto en Jan-Eilif en ik erachter) de auto weer los kunnen krijgen. Ontzettend opgelucht en dankbaar heb ik ze gedag gewenst en heb snel mijn weg naar Hamningberg voortgezet.
Omdat ik er toch weer langskwam, ben ik eerst weer naar Smelror gereden, waar ik in het bewoonde stukje niet zoveel zag, maar aan het water zat weer een Zeearend. Helemaal lekker kreeg ik hem niet in beeld, de afstand was wat groot en het werd allengs warmer, maar wat het wel weer mooi maakte, was een jong exemplaar wat aangevlogen kwam en vrij laag overvloog. Ik was behoorlijk onder de indruk van deze jongen, maar de andere Arend niet. Hij bleef rustig zitten en ik ben weer vertrokken.
Wanneer je dan een stukje doorrijdt, kom je bij Barvika waar ook een shelter van Biotope is. In 2019 was ik hier ook gestopt en heb ik mooie plaatjes kunnen maken van onder andere Kemphanen, IJsgors en IJseend. Maar deze plaatjes waren illegaal tot stand gekomen: ik had niet gezien dat er een bordje was waarop stond dat je vanaf een bepaalde datum het gebied niet in mocht. Als bezoeker kon je tot de shelter, maar niet verder. Dat bordje zag ik toen pas op het moment dat ik het gebied weer wilde verlaten. Dus met deze kennis ben ik niet verder dan het plateau waar de shelter op gebouwd is gegaan, en zag dat het ook moeilijk zou zijn geworden als het wel had gemogen omdat er ook hier nog behoorlijk veel sneeuw lag. Ik heb voornamelijk wat mooie landschapsfoto’s gemaakt en een Roodkeelduiker van enorme afstand vastgelegd en ben daarna weer verder gegaan. Ik had tenslotte in Skallelv ruim een uur vertraging opgelopen en ik wilde nog een stukje verder…
Als je vanaf Barvika doorrijd en een heuvel over gaat, krijg je ineens weer zicht op de Barentszzee en een oneindige kust. Dat beeld is zo machtig dat ik het, uiteraard, niet kon laten hier ook meteen weer even te stoppen. Maar niet te lang! Ik moest door! En zo kwam ik als eerste weer aan in Persfjord. Voor de vogels hoefde ik hier niet te stoppen, maar het uitzicht is hier prachtig! Dus ben ik langs de kant van de weg gaan staan en heb m’n groothoek weer gemonteerd en heb een poging gedaan het indrukwekkende landschap vast te leggen. Daarna weer door met een paar stops onderweg om de weg en het natuurgeweld van vorst, water, wind en warmte vast te leggen. Tussen de rotsen vond ik ook nog een klein bloeiend plantje: Paars Steenbreek (over bikkels gesproken…)
Na een kleine 20 kronkelende kilometers van Persfjord volgt Sandfjord. Ook al zo’n prachtige plek. De vorige keer vond ik hier een Blauwborst, roodgesterd. Ik hoopte dat ik hem misschien weer zou zien, aangezien ik de vorige keer alleen foto’s kreeg waarbij hij op de grond aan het foerageren was. Zingend in een struikje is toch een mooier plaatje… En hij zat er weer! Zingend boven in een struikje! Er was alleen 1 lastig puntje: de zon. Hij deed ontzettend z’n best, waardoor de lichtomstandigheden niet ideaal waren. Maar toch kreeg ik de zanger mooi in beeld, waarvoor ik voorzichtig om de vogel heen bewoog om de beste achtergrond en het minste tegenlicht te zoeken. Nadat ik de nodige foto’s gemaakt had, heb ik hem met rust gelaten en ben gaan kijken of ik de Waterspreeuw van vorige keer ook weer zou kunnen vinden. Dat bleek niet het geval, maar een koppeltje Rietgorzen is ook leuk. Zeker in zo’n totaal andere omgeving als waar ik ze normaal zie. Ik heb nog een tijdje staan wachten op een betere kans voor de Blauwborst aan de overkant van de weg waar ik op een gegeven moment de zang vandaan hoorde komen, maar hij liet zich niet meer zien. De enige die ik in beeld kreeg was een Hommel, de Alpehumle ofwel Bombus alpinus. De Nederlandse naam heb ik niet kunnen vinden…
En weer door! Nog 6 km tot Hamningberg. Ook dat is zo’n mooi gezicht als je het plaatsje voor het eerst ziet liggen, nietig aan de voet van een heuvel. Toen ik het dorpje bereikt had, ben ik eerst doorgereden naar de uiterste punt. In het Biotope boek over Varanger staat geschreven dat er tijdens de voorjaarstrek heel interessante soorten, zoals de Middelste Jager te zien kunnen zijn. Misschien was het weer te mooi of de trek al voorbij, maar boven zee zag ik niet veel. Bij de golfbreker heb ik een tijdje staan kijken hoe de zee hem druk bezig was af te breken, waarna ik weer omgedraaid ben om de auto te parkeren aan de voet van de heuvel om de wandeling naar de top te gaan maken. Het was warm en een redelijke klim en ik vroeg me af: waarom!? Halverwege de top kwam ik een oude Noorse dame tegen die me vroeg (in haar beste Engels) wat ik zocht. Ik probeerde haar duidelijk te maken dat ik naar vogels opzoek was, waarop zij wist te vertellen dat er niet zoveel zat, maar ze had Konijntjes gezien. Ook leuk. Ik heb m’n tocht voortgezet en eenmaal op de top m’n spullen neergezet en van het uitzicht staan genieten. Ergens op moeten klimmen is niet altijd leuk (of het nu om heuvels, bergen of kerktorens gaat), maar de beloning door middel van het uitzicht, maakt de inspanning vaak meer dan de moeite waard! Het was serieus heel mooi en ik werd gezelschap gehouden door een Tapuit, en dat is altijd goed gezelschap! Vastleggen lukte eigenlijk niet (zoekplaatje), maar ik hoorde hem regelmatig zingen en zag hem van uitkijkpunt naar uitkijkpunt vliegen. Heerlijk! Ook vond ik weer een Paarse Steenbreek. Deze was nog mooier dan de eerste en gaf de grijze, grauwe omgeving toch een beetje kleur.
Vanaf de heuvel ben ik weer rustig naar beneden gewandeld en ben ik als laatste nog naar de camperplaats bij Skjåvika gereden aan de westkant van Hamningberg. Er stonden inderdaad verschillende campers en ik raakte aan de praat met een Duitse man. Hij was al een tijdje onderweg en dacht rond oktober weer thuis, in de buurt van München te zijn. Wat een leven…
En toen weer naar huis. Ik ben in een redelijk vlot tempo weer richting Vardø gereden, waarbij ik alleen nog kort gestopt ben voor een koppel Zwanen welke nét voor Barvika in een meertje zwom, en bij Barvika, want ik zou het niet prettig vinden aan iets voorbij te rijden terwijl ik het misschien zo kan zien… Dat bleek nogal mee te vallen. In een meer in het zuidoosten zwom een paartje Roodkeelduikers en gezien het verbod het gebied te betreden, bleven deze op grote afstand. Toen ik weer terugliep naar de auto werd ik uitgezwaaid door een Tapuit en dat was Barvika.
Wat ook in het boek van Biotope staat, is dat er bij Svartnes, het gebied rond de haven van Vardø op het vasteland, ook wel eens Strandleeuweriken gezien worden. En aangezien ik nog steeds geen geluk met deze soort had gehad, wilde ik dat toch even gaan bekijken. Ik vond een weggetje dat parallel aan de grote weg door het gebied loopt en heb deze een aantal keer op-en-neer afgereden. Maar ook hier vond ik niet wat ik zocht. Ik hoorde wel Fitisjes zingen en ook een Blauwborst, maar kreeg deze niet in beeld. Daarop heb ik het maar gelaten en ben echt naar huis gereden. Toen ik op het punt kwam waar de weg weer naar het westen afbuigt en ik Kiberg voorbij reed en in de spiegel keek, heb ik meteen de auto stilgezet. Ik vind het zicht op Kiberg ook altijd erg mooi en zeker nu in de “ondergaande” zon was het een schilderachtig plaatje. Dus heb ik de groothoek weer voor geschroefd en heb ik ook nog wat foto’s gemaakt met de kleine telelens (70mm). En toen was het op: de energie en de fut.
Het was weer een heerlijke dag geweest waarin ik veel mooie dingen heb kunnen zien. Het begon met een kleine misrekening met de auto, maar uiteindelijk is het allemaal goed gekomen. Morgen zou ik met Anders op pad gaan en zal het vast ook weer een intensieve dag worden. Thuisgekomen kon ik bijtanken met een heerlijke maaltijd en daarna heb ik nog even geprobeerd of de Houtsnip voorbij wilde komen. Dat wilde hij schijnbaar niet en dus ging ik Houtsniploos, maar voldaan, slapen…