Gisteren was het weer redelijk geweest, maar de schoonzoon van mijn gastheer en -vrouw wist te vertellen dat de weg naar Båtsfjord grotendeels dichtgezeten had. Al langere tijd valt er té veel sneeuw waardoor de oversteek naar de noordkant van het schiereiland onmogelijk is. Mijn plan/wens om in Båtsfjord Koningseiders te gaan kijken leek dus een “mission impossible”. Het gegeven dat degene die de schuilhut verhuurd wat onenigheid heeft gekregen met de autoriteiten (het zou om een te grote hoeveelheid gevangen Koningskrabben gaan, wat onterecht lijkt aangezien de plaatselijke vissers beperkt worden vanwege de quota die hen opgelegd worden om de grote (Aziatische) vissers de mogelijkheid te geven er grof aan te verdienen…) maakte mijn plan nog meer ingewikkeld. Ik begon al te denken dat het dit jaar weer niet zou gaan lukken, en ben weer wat foto’s gaan maken bij de feeder en heb wat gepraat met de eigenaars van het hostel. Op een bepaald moment zei de schoonzoon ineens: “the road is open”. De weg was open! De schuilhut zou natuurlijk nu niet gaan, maar ik kreeg wel de mogelijkheid naar Båtsfjord te rijden en dan de haven op eigen gelegenheid af te zoeken naar Koningseiders. Dat ging ik doen! Ik heb direct m’n spullen verzameld, ben in de auto gestapt en ben richting het westen gereden, richting Båtsfjord!
In 2019 had ik deze weg natuurlijk al gereden, maar dat was in het voorjaar en ik was dus heel benieuwd hoe de weg er nu uit zou zien. De aanblik op het kerkje van Nessebby was in ieder geval erg mooi met al dat wit tegen een strakblauwe lucht: zeer de moeite waard om er even te stoppen. Bij Varangerbotn ging het over de rotonde rechtdoor, richting Tanabru. De vorige keer heb ik elke electriciteitspaal en kale boom afgespeurd naar de Sperweruil en ik merkte dat ik al vrij snel weer verder ging met deze gewoonte. Ik wilde heel graag de Sperweruil zien. In 2013/2014 heb ik bewust de kans voorbij laten gaan toen er een Sperweruil een aantal maanden in Zwolle verbleef. Ik wilde hem veel liever in zijn natuurlijk omgeving zien en dat was het speuren meer dan waard. Als ik er dan maar wel 1tje zou vinden… Ondanks het turen had ik voldoende oog voor de omgeving om te zien dat het schitterend was. Een prachtig wit landelijk landschap tegen een blauwe lucht. Aangekomen bij Tanabru moest ik natuurlijk even stoppen om de brug op de foto te zetten. De oude brug was nu weg (in 2019 lag deze nog naast de nieuwe) en de nieuwe, witte brug pronkte tegen de blauwe lucht. Alle palen afscannend ben ik weer verder gegaan en kwam ik uit bij de afslag naar Høyholmen. De “weg” leek aardig goed en ik besloot de afslag te nemen en naar het eilandje aan het eind te gaan. 2 Keer kneep ik hem wel even toen ik door een wat diepere geulen moest waar de sneeuw in het midden redelijk hoog was en de auto even wat moeite had, maar het ging goed dus bereikte ik het eiland. Voor vogels was het nu natuurlijk niet de juiste tijd, maar het landschap was echt prachtig en ik heb er heel wat foto’s geschoten. Omdat ik verder moest en omdat ik wel genoeg foto’s gemaakt had, ben ik weer verder gegaan. Even door die vervelende geultjes (ging weer goed) en toen verder naar Austertana en door naar Båtsfjord. Austertana is een mooi landelijk plaatsje en ik ben er rustig doorheen gereden om te genieten van de omgeving.
Opeens viel m’n oog op de top van een kaal boompje. Ik heb wel eens aan m’n omgeving uitgelegd hoe het gaat als je vogels kijkt, bijvoorbeeld Roofvogels langs de weg. Je kijkt niet bewust naar de paaltjes, maar je ziet wel meteen wanneer er 1tje afwijkt. Ik noem dat altijd een dissonant. Zo ging dat bij dit boompje ook: aan de top werd hij weer breder, wat meteen opviel en me snel meer bewust deed kijken. En inderdaad: in de top van het boompje zat een Sperweruil! Ik had er na al dat turen 1 gevonden! Uiteraard heb ik de auto meteen stilgezet en ben als een razende foto’s gaan maken. Eerst wat voorzichtiger, van wat meer afstand, maar toen bleek dat het Uiltje niet vlan plan leek te vertrekken, ben ik iets dichter naar hem toegegaan en kon ik nog veel meer foto’s maken! Wat een geweldig gezicht! De lucht veranderde ook af en toe, zodat ik hem kon fotograferen tegen een witte achtergrond en een blauwe. Na het maken van tig foto’s ben ik weer ingestapt en verder gereden. Hoe het ook verder zou gaan, de tocht was nu al geslaagd!
Vrij snel na Austertana klimt de weg de hoogvlakte op en wordt de omgeving kaal maar indrukwekkend. Sneeuwvlakten zover het oog kan zien en verder een nagenoeg niets. Totdat ik op een gegeven moment over een stuk weg reed waar een tiental auto’s met aanhangers geparkeerd stond. Ik zag wel wat mensen in de verte op sneeuwscooters in de weer, maar begreep niet wat er allemaal aan de hand was. Ik was op weg met een missie en moest dus verder! Een stuk verderop meende ik ineens een grote roofvogel te zien. Ik kreeg hem niet goed in beeld, dus toen ik een vlak stukje berm meende te zien, ben ik daarop gereden en heb de vogel niet meer gezien. Wat wel een gevolg van deze actie was dat ik (traditioneel) weer vast was komen te zitten. Ik kon niet voor- of achteruit en zag mezelf al half bevroren naast de auto zitten op het moment dat de eerste auto voorbij zou komen. Gelukkig viel het mee: na nog geen 10 minuten kwam er een tegemoetkomende auto aan en de bestuurder nam de moeite even te stoppen. Een beetje hoofdschuddend bekeek hij de situatie en was toch wel optimistisch de auto eruit te krijgen. Met z’n 3en lukte dat inderdaad ook en na hen enorm bedankt te hebben (tusen takk!) en de waarschuwing aangehoord te hebben dat ik vooral voorzichtig moest zijn, vertrokken mijn redders weer en kon ik ook weer verder. Ik denk dat het goed is dat ik niet verteld heb dat het gebeurd was omdat ik een vogel beter wilde zien…
Bij Gednje nam ik op de splitsing de 891 richting Båtsfjord. De reis verliep nog steeds voorspoedig en ik zag mezelf al flink in de weer om de Koningseiders vast te leggen. Totdat ik zo’n 20 km voor Båtsfjord was. Net als aan de oostkant van het schiereiland (zo’n beetje vanaf Komagvær richting Vadsø) dreef er ineens een sneeuwstorm over het land waar ik middenin kwam. Voor mij reden 3 auto’s waarvan ik de achterlichten maar een beetje op goed geluk volgde, en heel langzaam kwamen we in de richting van Båtsfjord. Het zicht werd alleen maar slechter en ik kreeg eigenlijk behoorlijk spijt dat ik deze onderneming was begonnen. Voorbij de afslag naar het vliegveld van Båtsfjord was het nog maar een klein stukje, maar in de plaats zelf aangekomen kon ik nog steeds niets zien! Het sneeuwde zo enorm dat ik niet eens van de hoofdweg af durfde te gaan, omdat ik niet wist waar ik dan heen zou rijden. Eigenlijk kon ik zelfs de haven niet vinden en bedacht dat het beter was om te draaien en weer naar het zuiden te rijden in de hoop daar heel aan te komen.
Toen ik weer bij het vliegveld was, werd het ineens iets beter weer. Het zicht werd veel beter en ik bedacht dat ik de trip voor niks gemaakt zou hebben als ik nu niet zou proberen in de haven iets te zien. Ik ben dus weer omgedraaid en naar de haven gereden. Ik vond een plek waar ik de auto wel even neer kon zetten met een, soort van, zicht op een deel van de haven, maar zag helemaal niks. Ook leek het weer weer slechter te worden en toen vond ik het wel welletjes en ben snel weer in de auto gestapt in de hoop de volgende sneeuwstorm voor te blijven. Eigenlijk lukte dat niet, maar ik kwam gelukkig achter een sneeuwschuiver te zitten en heb deze op gepaste afstand gevolgd. En opeens (net als zoals het gaat aan de oostkant) brak het wolkendek weer open, verscheen de blauwe lucht en heb ik geen vlokje sneeuw meer zien vallen!
Heerlijk ontspannen heb ik de rit naar huis voortgezet. Op de hoogvlakte kwam ik weer op de plek waar de grote auto’s met aanhangers en sneeuwscooters stonden en nu begreep ik waarom: op de sneeuwvlakte werd volop gekitesurft! Kleine figuurtjes die met een enorm gekleurd doek boven zich over de vlakte raasden. Een bijna surrealistisch beeld. Ik heb er even staan kijken en ben daarna weer verder gereden. Na Gednje in winterse sferen vastgelegd te hebben, ben ik niet meer gestopt totdat ik weer in Austertana was. Ik vind dit een heel aangename plek en heb hier weer even gestopt voor wat sfeerplaatjes. Toen ik Austertana weer bijna uitgereden was, zag ik op een draad weer een, zoals eerder beschreven, dissonant. En ja hoor: er zat een 2de Sperweruil! Ook nu weer bovenop de rem en flink wat foto’s gemaakt. Deze vond het na een tijdje wel welletjes en vloog helaas weg. Ook weer even een korte stop bij Høyholmen en langs de Tanaelva en daarna bereikte ik vrij vlot de zuidkant van het schiereiland weer.
Weer was ik onder de indruk van het beeld van het kerkje van Nesseby in het licht van de ondergaande zon en heb ik mijn diner dus nog meer even iets uitgesteld om dit vast te leggen. Al snel bleek dat er nog meer sfeervolle plaatjes te maken waren en zo heeft het nog even geduurd voor ik weer thuis was.
Maar wat een heerlijke dag was het! Een nieuwe soort mogen bijschrijven, in zijn natuurlijke omgeving, precies waar ik op gehoopt had! Maar ook de landschappen in de sneeuw in het binnenland van Varanger maakten deze tocht al meer dan de moeite waard. Maar de dag bleek nog niet ten einde…
De app die de zonneactiviteit weergeeft, gaf aan dat er deze avond een redelijk grote kans op Noorderlicht zou zijn. En ja, dan moet je ’s avonds wel weer even naar buiten. Rond 9 uur heb ik mijn spullen weer buiten geïnstalleerd en toen kon het wachten dus weer beginnen. Al vrij snel zag ik een een wazige gloed in de lucht en meende dat het begonnen was. Al vrij snel nam het in hevigheid toe en na zo’n uur verschenen de meest prachtige, groene gordijnen in de lucht! En het bleef een hele tijd doorgaan. Ik kreeg de mogelijkheid vanaf verschillende plekken rond het hostel steeds nieuwe beelden te maken. Ik ging helemaal op in het verschijnsel dat ik de kou en tijd vrijwel vergat. Dat laatste bleek vervelend, want ik was vergeten de buitendeur sleutel mee te nemen en de eigenaars hadden alles afgesloten… Gelukkig had ik hun telefoonnummer en heb ik ze rond half 11 gebeld. Gelukkig bleken ze nog niet te slapen en kon ik naar binnen, de warmte in en de opbrengst van de dag gaan bekijken. Wat een afsluiting, wat een spektakel! Wat een geweldige plek om te zijn…!