Ik denk dat ik het vaker gezegd heb, maar Piepers zijn écht moeilijk uit elkaar te houden. Ik denk dat ik meer een determinist op geluid dan op zicht ben en dat maakt het bij de Piepers niet echt makkelijker (al zou het op geluid, zeker de trek-piepjes en contact-roepjes, door de doorgewinterde vogelaars te doen moeten zijn…). Gelukkig heb ik vaak de foto’s nog en kan er vergeleken worden met de plaatjes uit een vogelgids. Daarmee lukt het dan toch wel aardig een Pieper juist te determineren.
In Frankrijk werd het me makkelijk gemaakt door de Waterpieper. eindelijk trof ik eens een Pieper op een plek waar ze niet zo snel zitten (alleen deze) in een zomerdracht die anders is dan die van anderen in deze periode. Dat vond ik dan wel weer handig, al moest ik ook hem opzoeken.
De Waterpiepers die ik hier in de winter trof, leverde meer werk op, maar ik ben er zeker van dat het klopt. De mindere streping op de borst + het gebied = Waterpieper.
Niet alle optelsommen zijn eenvoudig, zeker ook deze niet, maar soms moet je er maar vanuit gaan dat het antwoord juist is. Dus dat doe ik bij deze.
En daarom kan ik hier in 2 verschillende drachten, de Waterpieper presenteren!
