browser icon
You are using an insecure version of your web browser. Please update your browser!
Using an outdated browser makes your computer unsafe. For a safer, faster, more enjoyable user experience, please update your browser today or try a newer browser.

Diependal en Fochteloërveen, 28 april

Posted by on 28 april 2018

Vakantie! We hadden er al een weekje vrij opzitten, waarin we een weekend weg zijn geweest zonder te vogelen, maar wél mooie Vlinders in een vlindertuin én waarin ik natuurlijk een dag naar Kalmthout ben geweest, maar nu gingen we met het hele gezin een week naar Zuidlaarderveen. Ik ben nooit eerder in deze regio geweest en heb me dus weer terdege goed voorbereid op waar ik daar in de buurt naartoe zou kunnen gaan. Al vrij snel kwam ik op 2 gebieden: het Fochteloërveen en Diependal. Beiden zijn Veengebieden, meer of minder afgegraven, waar soorten voorkomen die ik niet eerder, of zeker niet vaak heb gezien. Tijdens die voorbereiding kwam ik op een artikel op internet over een nieuwe vogelkijkhut in Diependal. Het bleek dat er in Diependal 1 observatiehut stond, openbaar, vanwaar je het hele gebied kunt overzien en degene die ik gevonden had, welke je voor een dag kunt huren en vanwaaruit je prachtige lage standpuntfoto’s zou moeten kunnen maken van vele Eendensoorten én een soort waar deze hut mee adverteerde: de Roodhalsfuut. En wie wil er nou niet de gelegenheid krijgen om deze prachtige soort zo mooi vast te leggen? Nou ik dus wel en dus sprak ik af met het thuisfront dat ik 2 dagen zou kunnen gaan vogelen. 1 Dag in de schuilhut in Diependal en 1 dag in het Fochteloërveen.

De fotohut in Diependal en de omgeving…

Zaterdagochtend, 28 april, was het eindelijk zo ver. Al vroeg zat ik in de auto vanuit ons vakantie-adres in Zuidlaarderveen voor de rit van een kleine 40 minuten naar Diependal. Ik had eerder al de instructies via de mail gekregen en wist dat ik vanaf de parkeerplaats nog een paar 100 meter moest lopen. Wat me wel verbaasde was dat ik bij de hut nog zo’n 300 meter door een soort tunnel moest, waarin aan het einde de ingang naar beide hutten was: voor mij een deur door en trapje af, en voor de openbare hut een trap op. De hut was een betonnen bouwwerk waar je met 2 personen ruim naast elkaar zou kunnen zitten en met een prachtig laag uitzicht over een aantal plassen. Ik had me snel geïnstalleerd: laat de Roodhalsfuten maar komen!
Het licht was in het begin erg mooi, zacht, waarin een Knobbelzwaan en Krakeend zich mooi lieten vastleggen. Al heel snel verscheen één van mijn wenssoorten ten tonele: een Zomertaling liet zich ook prachtig, zij het van wat grotere afstand, fotograferen, waarmee ik er dus eentje van mijn lijst kon doorstrepen. Er zwommen en liepen ook verschillende families Grauwe Ganzen rond en ik kon het niet laten een paar kuikens met hun moeder vast te leggen. Wat zijn ze dan nog leuk om te zien! Zeker als ze geen geluid maken… De Zomer(taling) maakte langzaam plaats voor de Winter(taling) en ook deze kwam op de gevoelige chip te staan en een Dodaarsje liet nog even goed zien waarom hij eigenlijk zo heet en daarna werd het wat rustiger. Gelukkig verscheen er bij tijd en wijle nog wel een mooie Slobeend of Tafeleend, maar druk werd het nooit en de Roodhalsfuten blonken uit in afwezigheid. Gelukkig verscheen de kleinste neef van de Futen familie nog wel even heel mooi dichtbij, zodat deze familie alsnog goed vertegenwoordigd werd. Ook de Zomertaling kwam zo af en toe terug, nooit héél dichtbij, maar het leverde wel mooie beelden op van één van de mooiste Eenden van Nederland.

Een baltsende Zomertaling

Het licht werd harder en op de plas voor de hut werd het steeds rustiger. Ik hoorde links en rechts uit het riet wel geluiden komen, maar de genen die deze geluiden maakten, lieten zich zelden zien. Er zat een geluid bij wat ik totaal niet kende. Het leek een beetje op een knorrend Varkentje, maar die verwachtte ik eigenlijk niet hier… Op een bepaald moment verscheen er een Zomertaling recht voor de hut en hij was volop bezig indruk te maken op de vrouwtjes. Op een bepaald moment opende hij zijn snavel, gooide zijn hoofd in zijn nek en deed dit vol overgave al knorrend! Hij, of de mannelijke helft van de Zomertalingen dus, zijn de makers van dit typische geluid. Ik had dus weer wat geleerd.

De Roodhalsfuut komt dichterbij…!

Op de plas bleef het rustig en de Roodhalsfuten lieten zich alsmaar niet zien. Ik besloot daarop rond 12 uur naar de openbare hut te gaan om te zien wat er vandaar allemaal te zien zou zijn. Er zaten 2 andere vogelaars waarvan er eentje vaker in Diependal kwam. Hij wist dan ook te vertellen dat de Futen op 2 andere plassen te zien zijn als degene voor de fotohut. Niet lang nadat hij dit verteld had, zag hij de eerste zwemmen en kregen we hem dus, van ver af, in beeld. Ik had de Roodhalsfuut! Even snel als hij verscheen, verdween hij ook weer en bleef het weer rustig. Het lukte me wel een Grasmus tijdens het wachten mooi in beeld te krijgen, ook weer té veel afstand, maar de Roodhalsfuut verscheen weer ten tonele, in mooi reflecterend licht en even daarna riep mijn hutgenoot dat er ook een exemplaar in de andere plas zwom en deze bleek richting ons te zwemmen.
Mooier werd het niet, en nadat ik had opgezocht dat het maar een half uurtje rijden was naar het Fochteloërveen, besloot ik daar mijn geluk te gaan beproeven. Op de terugweg naar de auto stopte ik nog even voor een Gele Kwikstaart, Grasmus en Roodborsttapuit, maar daarna kon niets mij meer tegenhouden!
De rit naar Fochteloo was mooi en voerde door het prachtige Drentse Veenlandschap. Hij liep langs lange kanalen en echte veendorpen en vrij onverwacht reed ik ineens op de weg welke het Fochteloërveen doorsnijdt. Het weer leek wat minder te worden en daarom had ik van te voren al 2 plekken bedacht waar ik zeker even wilde gaan kijken. Dit waren de vogelkijkhut en het gebied achter het bezoekerscentrum.

Fochteloërveen…

Al snel was ik bij de kijkhut en was daar even snel weer weg. Het keek uit over een mooi gebied, maar buiten een paar gezellige bewoners, Boerenzwaluwen, was er niets te zien. Het bezoekerscentrum had ik ook snel gevonden en ik ben het rondje gaan lopen wat je vanaf de parkeerplaats kunt bereiken. Aan het einde van het eerste rechte pad, keek je uit over weer een prachtig gebied, maar ik had al snel meer oog voor het vrouwtje van de Tapuit die zich heel mooi liet zien. Ik verwachtte natuurlijk ook mannetjes, maar zag deze helaas niet. Na enige tijd ben ik maar verder gegaan, waarbij ik door een mooi vennengebied kwam te lopen, maar veel vogels zag ik helaas niet. Aan het einde van dit pad, kwam ik uit bij een fietspad en een boswachter, welke ik even daarvoor tegen was gekomen, had me verteld dat ik daar naar links moest om bij een kijkscherm te komen. Dat heb ik gedaan, maar buiten weer een mooi uitzicht bood dit kijkscherm niet heel veel… Daarop ben ik dus de andere kant opgegaan, het fietspad af, om het rondje te voltooien. Langs dit pad zaten verschillende Zwartkoppen, Grasmussen en Geelgorzen waarvan eentje heel mooi boven op een paaltje zat te zingen. Dit blijft toch altijd een heel mooi gezicht (én gehoor!) waar ik graag even halt voor heb gehouden. Weer bij de parkeerplaats knaagde toch het gemis over het niet gezien hebben van mannetjes Tapuiten. Het kán toch niet waar zijn dat er alleen één vrouwtje in dit immense gebied zat? Ik bedacht dat het daarom goed zou zijn het eerste gedeelte van het rondje nóg een keer te lopen. En mijn idee bleek te kloppen! Ik vond 2 mannetjes langs het pad, maar zij bleken een heel stuk schuwer dan het vrouwtje. Misschien was dat de reden dat ik ze de eerste keer ook niet had gezien. Hoe het ook zij: ik kreeg gelegenheid enkele min of meer geslaagde foto’s te maken waarna ik maar langzaamaan weer terug naar de auto ben gelopen. Een Kneutje ging voor de verandering er ook een keer fraai voor zitten en daarmee was deze vogeldag wel geslaagd. Ten minste… Dat dacht ik.

De andere beestjes…

Weer bij de auto gekomen raakte ik nog aan de praat met enkele dames die er ook aan het vogelen waren en één van de vragen die tijdens zo’n gesprek in dit gebied steevast gesteld werd was: “heeft u ook Kraanvogels gezien?” Mijn antwoord daarop was hele tijd heel eenvoudig: “helaas, nee…” En terwijl ik dat ook tijdens dit gesprek liep te vertellen, hoorde ik een bekend getrompetter en vlogen er 2 Kraanvogels vrij laag over! Ik kreeg zelfs gelegenheid er verschillende foto’s van te maken, waarbij de donkere, dreigende achtergrond wel heel mooi meewerkte. Daarmee had ik toch het symbool van dit gebied te pakken! En omdat een Boompiepertje enorm z’n best zat te doen om tegen de wind in te zingen én een Venwitsnuitlibel (moest ik opzoeken…) zich maar net vast wist te houden in de wind, vond ik dat ik deze 2 helden ook nog even moest vastleggen.
En daarmee kwam een einde aan een lange, heerlijke vogeldag. Net voordat ik thuiskwam wist ik nog een Buizerd mee te pikken en toen was het klaar. Eigenlijk alles waar ik voor vandaag op gehoopt had, heb ik te zien gekregen en kunnen vastleggen. Misschien niet alles zo mooi als waar ik op gehoopt had, maar toch: het was een geweldige dag geweest!
Nog een paar dagen en dan zou ik het Fochteloërveen nog eens beter gaan doorzoeken…